Moreel leiderschap Sigrid Kaag is onhoudbaar

Gepubliceerd op 29 april 2022 om 15:54

Alleen acteurs mogen zich anders voordoen dan ze zijn. Dat hebben we zo afgesproken. Bij ieder ander ervaren we doen alsof als oplichterij. Kiezers en leden van D66 moeten zich bedrogen voelen. De partij doet zich nadrukkelijk als fatsoenlijk voor, maar het gedrag van haar alfamannetjes vertelt een ander verhaal. Die hypocrisie bedreigt D66 in haar bestaan.

Tien jaar D66 eindigde voor politiek assistent Marleen Weener aan een grote eettafel vol partijprominenten. Boven op die tafel stond een benevelde fractievoorzitter uit Rotterdam te oreren. Ten overstaan van wethouders en bestuur beweerde hij dat Weener ’de lengte van de lul van een bepaald persoon wel zou weten’. De fractievoorzitter van D66 in Rotterdam insinueerde diensten in ruil voor seks.

Bij deze walgelijke scène viel Weener stil. Ze stond op, haalde haar jas en vertrok met een gezicht vol tranen naar huis. In het D66-gezelschap was er niemand die de fractievoorzitter tot de orde riep en er was niemand die zich ontfermde over de geshockeerde assistent. Ook na die avond bleef het stil. Niemand van de D66’ers aan die tafel heeft ooit nog iets van zich laten horen.

Guur beeld

Het verhaal dat Weener maandag bij Jinek vertelde, past in het gure beeld dat dezer dagen van deze partij naar buiten komt. Een partij waarin invloedrijke mannen zich grensoverschrijdend gedrag veroorloven ten opzichte van (ondergeschikte) vrouwen. Alsof het binnen D66 de normaalste zaak is.

Het geroddel om concurrerende collega’s of anderen in een kwaad daglicht te stellen komt vaker voor bij deze partij. Bekend zijn de geruchten over de borrels van Johan Remkes die D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma opzettelijk onder journalisten verspreidde. En ik weet van een officiële klacht van een vrouwelijk lid van de Provinciale Staten over een mannelijke collega. Hij verspreidde seksueel getinte roddels over haar toen zij hoger op de kandidatenlijst terecht dreigde te komen.

Topje van de ijsberg

De kwestie waarin de voormalige partijstrateeg Frans van Drimmelen het op een bedreigen en stalken zette toen hij bij een vrouw zijn zin niet kreeg, en de behandeling van politiek assistent Marleen Weener zijn het topje van de ijsberg. Bij het partijbestuur zijn nog ten minste negentien andere metoo-klachten bekend.

Het is bij D66 niet heel anders dan bij het televisieprogramma The voice of Holland. En wat een Marc Overmars of Ali B. zich permitteerden, veroorloven de D66-haantjes zich ook. De wijze waarop is misschien anders, maar de omstandigheden, het doel en de dwang zijn hetzelfde.

Voor slachtoffers is er geen verschil, maar de morele en ethische pretenties van D66 maken het schandaal voor deze politieke partij extra problematisch. Het gaat hier niet alleen om voornemens tot een beschaafde omgang tussen mensen; de morele pretenties zijn de politieke statements van de partij geworden.

Kroonjuwelen

D66 heeft zich de afgelopen twintig jaar ’bevrijd’ van haar kroonjuwelen. Gekozen burgemeester, referendum, bestuurlijke vernieuwing waren van D66 zoals Hans van Mierlo van D66 was. Maar de kroonjuwelen knelden bij de partij die de macht niet langer hoefde te veroveren, omdat ze de macht inmiddels was.

Bij gebrek aan politieke doelen en principes werd D66 ’de partij van het fatsoen’. Eerst onder Thom de Graaf en later met Alexander Pechtold aan het roer. Om het eigen fatsoen kracht bij te zetten koos Pechtold in de Tweede Kamer veelvuldig voor de confrontatie met Geert Wilders. In het verhaal van Pechtold was de PVV in alles het onfatsoen.

Ondergrens

De strategische keuze van Pechtold bleek een groot electoraal succes en werd om die reden voortaan gepresenteerd als het dna van de partij. De momenten dat Sigrid Kaag het woord fatsoen in de mond heeft genomen, zijn ontelbaar. ’Fatsoen in taal en omgang met elkaar en respect voor onze individuele keuze zijn de ondergrens van onze beschaving’, twitterde Kaag over Wilders. En in dezelfde tweet: ’De grens van het fatsoen wordt hier opnieuw overschreden’.

Wat taal (’de lengte van zijn lul’), omgang met elkaar (intimidatie en geroddel) en respect voor individuele keuzes (stalken en bedreigen) betreft, komt D66 in de werkelijke wereld niet uit boven die ondergrens van onze beschaving. Met fatsoen heeft die partij in de praktijk niets van doen.

Geloofwaardigheid is het verschil tussen wat iemand zegt en wat ’ie doet. Hoe groter het verschil, hoe kleiner de geloofwaardigheid. De fatsoensmoraal van D66 is onhoudbaar. En daarmee ook het moreel leiderschap van Sigrid Kaag.

 

Deze column verscheen op 20 april 2022 in De Telegraaf

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.