Het is een hardnekkige mythe dat arbeidsmigranten in de jaren zestig en zeventig uit Turkije en Marokko naar Nederland zijn gehaald, omdat Nederlanders het laaggeschoolde werk niet meer wilden doen. Er was niks mis met het animo voor het werk, Nederlandse arbeiders wilden er alleen fatsoenlijk voor betaald worden.
Het verbaast niets dat werkgeversvoorzitter Ingrid Thijssen het nieuwe immigratieplan van de Europese Commissie omarmt. Werkgevers zijn altijd voor meer immigratie. Want hoe meer arbeidskrachten voorhanden, hoe goedkoper ze zijn. Werkgevers zijn dol op concurrentie, vooral op de arbeidsmarkt.
Het plan van de Europese Commissie is een verzameling voorspellingen en economische aannames en wil een oplossing zijn voor de gevaarlijke overtocht over zee die Afrikaanse migranten maken op weg naar Europa. Deze drama’s willen voorkomen is uiteraard een nobel streven, maar het is de vraag of dit plan daarvoor gaat zorgen.
Kern van het EU-migratieplan is dat arbeidsmigranten uit Marokko, Egypte en Tunesië het personeelstekort en de vergrijzing moeten gaan oplossen. Canada werft buiten zijn landsgrenzen gericht personeel om tekorten aan te vullen, maar combineert dat met een strikt toelatingsbeleid. Het Europese plan voorziet in dat laatste niet. Het is bovendien de vraag waarom er voor de sectoren met een personeelstekort geen mensen uit de EU te vinden zouden zijn.
Moeten we daarvoor mensen uit Afrika halen?
Nederland en de rest van de EU ontworstelen zich momenteel aan de gevolgen van de economische lockdown van twee jaar Covid. Werknemers uit de reiswereld en de horeca bijvoorbeeld zijn op zoek gegaan naar ander werk en keren niet een-twee-drie terug naar hun oude plek. De gevolgen zien we op Schiphol en ook cafés en restaurants kampen met te weinig personeel. Maar zijn deze tekorten structureel? En moeten we daarvoor mensen uit Afrika halen?
De Europese Commissie alarmeert ons in het plan ook over de vergrijzing. Het Centraal Planbureau kwam in 2003 al met de analyse dat immigratie geen oplossing is voor vergrijzing. Het demografisch instituut NIDI berekende dat er in Nederland, om het percentage 65-plussers tot 2050 op het huidige peil te houden, er 11 miljoen jonge migranten extra bij moeten. Dat zijn voor een land met weinig ruimte en nauwelijks beschikbare huizen geen behapbare aantallen. Bovendien woorden deze 11 miljoen migranten op een dag ook 65-plus.
Mensensmokkelaars genoeg
Nu gaat de Europese Commissie gelukkig niet over de nationale arbeidsmarkt van de lidstaten, maar het slecht doordachte plan kan onder miljoenen Noord-Afrikanen uiteraard wel als een uitnodiging worden opgevat. Werkgevers kijken reikhalzend uit naar de nieuwe migranten en er zijn mensensmokkelaars genoeg die voor veel geld alvast een overtocht aanbieden.
De huidige krapte op de arbeidsmarkt en de roep om migranten van buiten Europa doet sterk denken aan het werven van arbeidskrachten uit Turkije en Marokko in de jaren zestig en zeventig. Die krapte bezorgde werknemers - tot ergernis van de werkgevers - ook toen een sterke onderhandelingspositie. Mensen die laaggeschoold werk deden konden vragen om meer loon.
Werkgevers vonden voor die looneisen een ’oplossing’ in het buitenland: goedkope gastarbeiders uit Turkije en Marokko. De mythe over luie of verwende Nederlandse arbeiders, die hun neus zouden hebben opgehaald voor laaggeschoolde werk, is zorgvuldig gekoesterd door een eigenaardige maatschappelijke en politieke alliantie. Zowel werkgevers en de VVD op rechts als de PvdA op links hadden belang bij het in stand houden van het verhaal.
Verkleuring van de arbeiderswijken
Op rechts was de fabel het argument, om nog veel meer goedkope arbeidskrachten naar Nederland te halen. En voor sociaaldemocraten was de mythe het antwoord op bezwaren die er rezen tegen de veel goedkopere gastarbeiders en de verkleuring van de arbeiderswijken in de grote steden. Bezwaren die ongeldig werden verklaard, omdat Turken en Marokkanen het werk deden dat de Nederlanders ’niet meer wilden doen’.
We weten tot welke demografische, maatschappelijke en politieke aardverschuiving dit immigratiebeleid, gericht op lage lonen, heeft geleid. De prijs is betaald aan de onderkant van de arbeidsmarkt. De winsten waren er voor de werkgevers.
De populistische onvrede herbergt in heel Europa de verliezers van de globalisering. Als we die onvrede willen voeden en de dramatische consequenties voor lief wensen te nemen, moeten we denken zoals de Nederlandse werkgevers en buiten Europa een nieuwe volksverhuizing op touw zetten.
De column werd gepubliceerd op 4 mei 2022 in De Telegraaf
Reactie plaatsen
Reacties